Moe moe moe, dat is wat de mens met hersenletsel vaak ervaart. Alles kost inspanning. De dag-energie is vaak al na twee uren helemaal op. Er zijn veel hersenletselgetroffenen die slapeloosheid of een slaapstoornis daarbovenop hebben. Een andere groep hersenletselgetroffenen hebben juist een vergrote slaapbehoefte. Maar de overeenkomst is de ERGE VERMOEIDHEID. Dat fenomeen wordt ook wel ‘Neurofatigue’ genoemd.
Mentale moeheid is anders dan fysieke moeheid
Bij fysieke moeheid kunnen we allemaal wel een beeld krijgen. Moe na sporten, na een stevige wandeling, na inspannende lichamelijke arbeid, na huishoudelijk werk en dergelijke. Mentale moeheid komt bijvoorbeeld bij denkprocessen, studeren en informatie verwerken, intensief televisie kijken, computer activiteiten doen. Maar ook bij problemen oplossen, interpreteren van het gedrag van andere mensen en logisch nadenken. Een gezond mens kan mentaal moe zijn van al dit soort taken, als het maar intens en lang genoeg duurt. Bij hersenletselgetroffenen is dat vele malen erger: De mentale energie is al na korte tijd op. Zij gebruiken méér hersendelen om de omweg te maken langs het getroffen gebied (afgestorven hersengebied) om tóch tot een mentale activiteit te kunnen komen.
Om je een beetje een idee te geven, is het te vergelijken met een gezond iemand die niet alleen moet multitask-en, maar daarbij ook moet autorijden in dikke mist met 180 km per uur en tegelijkertijd een muziekstuk moet analyseren, terwijl daarbij de kinderen op de achterbank een vraag stellen over het jaartal dat Karel de Grote stierf. Kortom.. eigenlijk onmogelijk en kun je hiermee een beetje snappen wat iemand met hersenletsel ervaart, wat die hersenen de hele dag doen en ongevraagde inspanning blijven leveren. Het overbelasten van je hersenen op deze manier, kost veel aandacht en capaciteit. Telkens veel concentratie en verdeelde aandacht. Het kan spanning opbouwen en een basisemotie als een “vecht of vlucht” reactie.. Bij de éne mens kan dat tot paniek leiden, bij de ander juist tot een woede-uitbarsting en bij weer een ander een totaal ineenzakken door uitputting.
Méér hersenactiviteit bij mensen met hersenletsel
Wetenschappers hebben ontdekt dat er bij een hersenletselgetroffene méér hersencellen werken; Zij gaan niet efficiënter om met de capaciteit die ze hebben, maar bij het verwerken van informatie gaan juist méér zenuwcellen een activiteit vertonen. Er zijn meer hersengedeeltes betrokken bij activiteiten dan vóór het hersenletsel. Hersengedeeltes die normaal gesproken weinig processen vertonen bij het verrichten van een activiteit, worden na een hersenletsel juist wèl actief betrokken bij het denkproces. Daarom is de reactie vaak iets trager bij een hersenletselgetroffene en vergt het méér energie. Voor elk hersensignaal tussen hersencellen is elektriciteit nodig dat opgewekt moet worden en dát kost energie waar iemand moe van kan worden.
Te lang door geknokt… uitgeput!
Het komt vaak voor dat mensen totaal uitgeput raken, voordat zij er achterkomen dat het eerder opgelopen hersenletsel de oorzaak is voor het ‘opbranden’. Deze mensen hebben te lang ‘op hun tenen’ gelopen en doorgeknokt om terug te keren naar het oude niveau. Niemand krijgt een handleiding bij het hersenletsel mee. Door vallen en weer opstaan komen mensen erachter dat het oude niveau -van fit voelen en sterk inzetbaar zijn- niet meer gehaald wordt
Een lege batterij
Iemand met hersenletsel kan zich vergelijken met een batterij, die zich elke keer nog maar voor 35% oplaadt. De ene mens zal een oplaadsnelheid hebben van hoogstens een paar uur, maar er zijn er ook genoeg die aan een paar dagen nog steeds tekort komen en in een chronische staat van uitputting verkeren. Daarbij zijn de hersteltijden écht niet te benoemen in “simpele” uren of dagen.
Verbeten volhouden
Deze eigenschap is na het hersenletsel vaak versterkt en de rem is dan zoek. Bij deze mensen is de kans op uitputting en burn-out erg groot. Alsof iemand verbeten is om vol te houden. Dat lijkt op een ‘standje overdrive’. Dat wordt vaak gezien bij mensen die voor het hersenletsel gewend waren om alles maar vol te houden. Veel mensen met hersenletsel kunnen zichzelf niet meer doseren of begrenzen.Dat is geen falen; het is een gevolg van het kapotte brein
Bij ernstige vermoeidheid bij overprikkeling is het goed de overprikkelingsvormen tijdig te stoppen, rust in te plannen en structuur te handhaven. Voor de hersenletsel-getroffene is het belangrijk om niet te hoge eisen aan zichzelf te stellen, als de energie beperkt is. Het aantal dingen dat men op één dag doet, dient aangepast te worden aan de hoeveelheid energie die men heeft. Hier staan enkele tips voor iemand met letsel en voor de naasten.